Interview met missiewerkster Fera Agricola in Malawi
Zoë Tjon A Ten bezoekt een aantal missionair werkers en hun projecten in Afrika. Op bezoek bij Fera, en krijgt ze inzicht in haar bijzondere werk in Malawi. Bij Fera kwam steeds de zingevingsvraag weer naar boven: “Voor wat doe ik dit nou? Het werd duidelijk dat ik wil werken op basis van het Katholieke geloof”
Werken vanuit zingeving
Fera Agricola is geboren op 2 maart 1966 in Bolsward, Friesland. Na haar middelbare school ging ze studeren op de hogere school voor Levensmiddelentechnologie. Toen ze op haar 21e klaar was met haar studie wilde ze eigenlijk verder studeren in ontwikkelingswerk, maar studeren kost geld… Ze ging werken en ondertussen onderzoeken of er een mogelijkheid was om naar het buitenland te gaan en daar te kunnen werken. Fera vertelt: “Mijn droom was altijd om een verre reis te maken. Na een jaar werken kreeg ik de kans om naar Indonesië te gaan. Alles wat ik daar zag was het droombeeld dat ik als kind voor ogen had. Na deze reis was de drang om ontwikkelingswerk te doen versterkt. Ik heb alle mogelijkheden om in het buitenland ontwikkelingswerk onderzocht. Ik kwam erachter dat er weinig behoefte was aan een levensmiddelen technoloog en dat veel organisaties opzoek waren naar iemand met een master. Ik heb mijn baan opgezegd en ben de doorstroomcursus levensmiddelentechnologie gedaan aan de Universiteit in Wageningen. Hiermee behaalde ik mijn Master Food Science.”
De jaren die erop volgde waren avontuurlijk. Ze greep de kans om 5 jaar lang te werken in Suriname waar Fera heeft geholpen om twee projecten te leiden voor verschillende vrouwenorganisaties. Daarna is Fera terug gegaan naar Nederland om een cursus Micro Krediet aan de universiteit te volgen.
Want tijdens haar werk met de vrouwenorganisaties zag ze dat er behoefte was aan krediet voor agrarische input en voor aanschaf van benodigdheden voor voedselverwerking. Ze is vervolgens naar Kosovo gegaan om daar als coördinator van een kredietprogramma te werken. Helaas was het in het land erg onrustig en was de werksfeer erg militair.
Het Katholieke geloof
Na anderhalf jaar kwam Fera terug naar Nederland en heeft ze de tijd genomen om de gebeurtenissen in Kosovo te verwerken. Fera vertelt: “ik zag zoveel ellende in Kosovo om me heen. Terwijl mijn vrienden in Nederland gingen trouwen en kinderen kregen, begon bij mij het geloof vorm te krijgen. Ik kreeg het idee dat God iets anders voor mij had bedacht dan huisje, boompje, beestje. Ik zocht verdieping en ging op zoek naar wat geloof voor mij was. Ik vond deze verdieping in mezelf met behulp van de Karmel, een orde van de Katholieke kerk. Op dat moment had ik alleen nog geen antwoord op mijn werk in ontwikkelingshulp. Ik ben toen van 2005 tot 2008 gaan werken in Oeganda als micro financieel business adviseur. Steeds kwam de zingevingvraag weer naar boven: Voor wat doe ik dit nou? Het werd duidelijk dat ik wil werken op basis van het Katholieke geloof.”
Week Nederlandse Missionaris
Hier kwam Fera achter terwijl ze terugdacht aan haar eerste aanraking met missiewerk. “Als kind zat ik bij het jeugdkoor van de kerk en op een dag moesten we zingen voor een pater die op missie ging, en dit is zo bij mij blijven hangen.”. Na verschillende banen op verschillende plekken, onder andere in Indonesië en Mozambique, kwam ze in 2021 weer in contact met pater Jos van Boxel om te informeren over werk. Op het Centre for Social Concern konden ze haar een huis aanbieden op de parochie, maar geen salaris. Via haar tante hoorde Fera over de WNM, ze zocht contact en daarna ging alles erg snel. Ze vertrok begin 2022 naar Malawi als missie werkster voor de Witte Paters met als voornaamste werk ondersteuning geven aan het Centre for Social Concern in Lilongwe.
Centre for Social Concern
Het Centre for Social Concern is in 2002 opgezet door de Witte Paters en zet zich in voor de armere laag van de bevolking. Het is een op geloof gebaseerde organisatie die kritische reflecteert en actie onderneemt over kwesties van maatschappelijk belang voor de lokale mensen. Dit wordt mogelijk gemaakt door middel van onderzoek, belangenbehartiging, netwerken. De Katholieke schoolleer is de fundering voor het werk. Sinds 2016 is het een onafhankelijke lokale NGO maar is het nog steeds verbonden aan de Witte Paters. Fera voelt zich hier op haar plek: “Het katholieke geloof is mijn drijfveer. Ik geloof in het werk dat de paters en de zusters doen. Het werk is duurzamer door de sociale inbedding met de kerk. Veel ontwikkelingsorganisaties houden geen rekening met de mensen die er lokaal wonen. Ze voeren projecten uit vanuit een kantoor ver weg zonder stil te staan of het bij de structuur en cultuur van de gemeenschap. De mensen hier in Malawi weten veel beter wat er echt nodig is.”
Ze vertelt verder: “Wat ik het liefste wil is de Witte Paters ondersteunen met de dingen die zij hier doen in Malawi. Maar als er elders in Malawi een project van de Witte Paters mij nodig heeft kan ik daar ook ingezet worden. Ik ben hier als ondersteuning, want het is belangrijk dat de mensen hier het zelf kunnen uitvoeren. Dat is de toekomst; zodat ze niet meer afhankelijk zijn van het westen. En ik vervul graag deze mentorrol.”
Reflectie
Voor Fera is werk geen verplichting maar een hobby. Ondanks dat ze soms de sociale contacten in Nederland wel mist vermaakt ze zich hier goed. Ze ziet zichzelf hier oud worden op een erfje met een boompje en een beestje. Maar ontwikkelingswerk is iets wat ze altijd zal blijven doen.
Ze kijkt trots terug op haar keuzes: “Waar ik vroeger van droomde heb ik werkelijkheid gemaakt. Veel mensen hebben dromen, maar hebben het lef niet om hun vaste baan op te geven. Toen ik dat deed verklaarde mensen mij voor gek. Maar na zoveel jaren in het buitenland te zitten vragen mensen meer wat ik doe en is er meer belangstelling en begrip voor.”